In het avondrood wil ik voor de allerlaatste
maal met je de tango der hoop dansen.
We zullen ons kleden met het oranje en het geel,
onophoudelijk, totdat ik vermoeid
zal neervallen op het strand en de golven
traag mijn lichaam zullen kussen.
Je zult naast me staan en mijn ring nemen,
Mijn natte haren weg van mijn gezicht strelen.
De laatste kus zal reflecteren in de gloed
van de eenzame brandende fakkel op
het facetten zandkussen.
Jij zult behouden wachten op het uiteinde van
het strand totdat de vloed mij komt halen.
Langzaam zal ik naar zee toe drijven
met een glimlach op mijn lippen.