Insomnia

Insomnia

Telkens ik je zie op het tabernakel van mijn dromen ben ik terug op

weg naar het pad der zeven zonden omdat je stem onweerstaanbaar

is en het aanschouwen van je ranke lichaam de honing van de duivel

is overgoten met engelen ijs in een coupe van Champagne die op mijn

ziel beukt om toegang te verkrijgen tot mijn zinnen en mij vermoeide ziel.

Je bent het porseleinen popje welke ik al vroeg bewonderde achter de

aangeslagen winkelramen van het dorpswinkeltje in de straat van

mijn verleden, zelfs je geur neemt me mee op verkenning in een déja vu

gevoel waar ik in blijf drijven in de het meer der onbeschaamde nostalgie.

 

Ergens rust je vanavond je hoofd terwijl je krullen wedijveren voor een weelderige

plaats op het satijnen veld, je gedachten heb ik het raden naar, en onder

een straatlantaarn wandel ik de insomnia van me af omdat liefde ondeelbaar

is in zijn kern, en het verlangen een eigen leven heeft welke balanceert tussen

de schaduwen en de zonnestralen, waar ben je nu, denk je nog aan die laatste

kus die de verzegeling was van een akte van vertrouwen en het decanteren

van ons verhaal, de geest laat zich niet terug in de fles stoppen, en nu nog

hoor ik je ademhaling in slapende rust of in palpiterende ritmes die als

muziek in mijn oren klinken, nu nog een continent en een leven verder.

Slaapwel.

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *