In het universum van je ogen zie ik sterrenstelsel imploderen
telkens je naar me kijkt en je irissen het geheim van de tijd in
zich dragen op kometen van verlangens en de kracht van de eeuwigheid.
De geur van je huid vangt me in de nebula van je uitnodigende ziel,
de warmte van je verschijning is de zon die het zwarte heelal rondom
mijn hart heeft doen smelten om plaats te maken voor een nieuw verhaal.
Je stem is het baken in het mysterie van plaats en tijd, de balsem van de
kosmos die me laat reizen naast een ster die ontsproot uit lang vervlogen
beschavingen die de taal spraken van de uitverkoren zoon van Ra.
In de vortex van de tijd ben ik bij je over de wetten van de fysica heen, jaren
zijn nu slechts voetnoten in mijn leven, wie de hemel heeft aangeraakt blijft
ongenaakbaar, in de schaduw van planeten, heb ik je lief, onvoorwaardelijk
tot ik terug kan getijen in de zee der zielen, en rusten op je lippen der goden.
Weer schitterende oosterse poëzie die doet dromen van over de fantasiëen uit “Duizend en één nacht”