Achter een tranengordijn lag de subtiliteit van een oceaan vol verdriet
waardoor je de wereld herinnerde dat je hart slechts omgeven was
door een dun laagje rijstpapier, in je tranen stroomden duizenden
woorden van herinneringen en spijtbetuigingen, je verdriet werd een
kostbaar collier die de radiatie van je hart weergaf in de bijna verdronken
vonk in je kijkers die behoedzaam de enge wereld bleven verkennen.
In troostende omhelzingen beefde je lichaam zacht alsof je het leed
van de wereld van je probeerde af te schudden in de onzekerheid van morgen.
Terwijl je dromen stonden te drummen om de wereld te veroveren riepen
de rillingen van het verleden een gemengd elixir op tussen leven en dood,
Pijn en liefde, dag en nacht, je wist dat vanaf nu je iedere zonsopgang anders
zou beleven als een geschenk die zachtjes zich neervlijt op je jonge ziel.
In de zucht van de brekende morgen stond je klaar om je eigen verhaal te schrijven
met de verzuchtingen en levens van anderen die je voor zijn gegaan, in de bloederfenis
besefte je plotseling dat rijkdom zich enkel en alleen kan, meten in tijd al de rest
zijn de rimpels in de rivier van je leven, je zeilschip zal op ze dobberen maar uiteindelijk
is je hart het kompas die echt je plaats zal vinden tussen de brandende sterren in de hemel.
Foto: Pixabay.