Tulay

Tulay

Onder de zegen van fluorescerend licht  slaagde jij erin om de tijd

te bevriezen met de klanken van je engelenstem die leek te wedijveren

met de marmeren beelden van Aphrodite, je silhouet was de schuchtere

ree die de wereld bekeek in een multitude van tederheid en genot.

Je leunde aan tegen een zuil en de schaduw van je lichaam werd instant

uitgehouwen in de granieten aders van mijn benevelde zilveren ziel.

In de magie van een moment was je de fee die de sterrenerts verzamelde

in de nerven van je knalrode lippen en het eeuwig vuur van je ogen.

 

In de donkere kamer van mijn ziel was je het licht die de vuurtoren zuurstof

gaf, het gouden galjoen die navigeerde tussen de hartkloppingen van de

sterren, je amandelogen waren de oesters die zich openden om de mysteries

van de kosmos te verorberen in de delicatesse van je lichaam en je wezen.

Je lange haren waren je lijfwachten die de oppergodin de legitimiteit gaf

van een eeuwige liefde op een troon van de coïtus der vervreemde zielen.

 

Op het ritme van de muziek bewoog je in de souplesse van hartkloppingen

die voor het eerst de wereld verkenden in de naïviteit van de emoties die

geboren worden en genadeloos stranden op het zand der verborgen illusies.

Je blik was een kompas naar je zielsgenoot, de angst om deze nooit te vinden

verdween tergend langzaam als een schaduw die langzaam gedegusteerd wordt

door de eerste zonnestralen van een aanbrekende aarzelende dag wanneer

de meeuwen op het strand je naam krijsten in absolute eerbied en respect.

Ik verdronk in je ogen, om voor het eerst herboren te worden als één.

 

Foto: rechtenvrij – Pixabay.

2 comments

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *