Witte kraanvogels

Witte kraanvogels

Witte kraanvogels zweven de wegkwijnende zon tegemoet als

een voorbode van sneeuw op de bergen van het land lichaam.

De oevers van de Mekong omhelzen de waterlelies die als

tempels van onschuld ronddobberen op de zielen van verliefden.

In het water zie ik je beeltenis, de raafzwarte haren die dienstdoen

als een imposant gordijn die je mysteries beschermen in de

elegantie van je engelengezicht, godin van de perfectie kust je

mijn dagen in een roes van jasmijnen intoxicatie die me vervoeren

naar de nexus van mijn diepste wensen en verzuchtingen.

 

Krekels ontvangen de nacht in een symfonie die de geheimen der tijden

dragen als een ontrefbaar ritme die danst op de schoonheid van je gelaat.

Je ogen slorpen me op en met mij de zorgen van een versleten verleden,

je tanden zijn de schildwachten van je vuurrode lippen die de celestijnse

belofte in zich houden van dat wat geluk heet in alle vergeten talen.

 

Witte kraanvogels vliegen boven mijn hoofd heen in een uitdaging om

de zegel van de magie der tijd nooit te verbreken op het woord van je naam.

In je lichaam huist de tempel die mijn gebeden kan aanhoren in een mantra

die je schreef met passionele inkt op het perkament van onze lichamen,

gedrenkt in zweet en tranen omdat houden van gelijkstaat aan eeuwigheid.

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *