Het geurpalet van de veelkleurige kruiden deed die avond een aanval
op de flanken van mijn neusvleugels, terwijl mijn ogen deskundig
afgeleid werden door je rode sari geflankeerd door gouden lijnen
als de bloedvaten van je hart die bewogen in de wind omdat ze
je bewegingen eerden in het respect van eeuwenoude tradities.
De diepgang in je ogen was de diepste lagune waarin ik mijn zorgen
kon verdrinken in een woud van pixels die elk een geheim verborgen.
De opzwepende muziek was de strijdkreet die mijn poriën het bevel gaven
om de hitte van je lippen tot mij te nemen als een nectar van de goden.
De olifanten in de achtergrond waren de tot leven gekomen stenen
tempelwachters die ons geluk veilig stelden met hun kolossale aanwezigheid.
De wierrook der kloosters nestelden zich in je haar, de zwarte golven waarin
de gratie lag die bezongen werd in de ziel van India, je was voor altijd mijn
Maharani van de laatste verzuchtingen, het exotisch parfum die mijn ziel
zou bezetten met een passie die onderstreept werd door de drums van
de aanbrekende nacht, jij zal altijd dansen in je rode sari op de zandwegen
van mijn geheugen, mijn versplinterd leven en mijn verdwaalde ziel.