Jij was altijd de virtuoze die men zintuigen kon bespelen
als instrumenten van je bloedlijn, de telekinetische ziel
van je wezen dat langzaam kon ademen op het ritme van mijn hart.
Nooit kon ik vergeten hoe je ogen mij polygrafisch streelden in
een onbekende emotie dat elke cel in mijn lichaam een lot
gaf in een onwezenlijke vanzelfsprekendheid welke men
alleen kon beschrijven als de symfonie van het zielhuwelijk.
Jij was altijd de vrouw die alle kaarsen van mijn geest tempel kon
laten uitgaan door een zucht en ik kon alleen maar in extatische
fascinatie kijken naar de rook dat je sensueel omhelsde in een
extreme daad van onvoorwaardelijke en wilde liefkozingen .
Nooit begrepen hoe een sensueel wezen als jij de tijd en ruimte
kon buigen alsof het niets was, je kon een kamer vullen met
je aanwezigheid, sensueel doch bedwelmend in de vroegste uren.
Jij was altijd de ontwapende glimlach die agressie in de kiem kon smoren
met een simpele beweging van je tong over die sensuele lippen die
bruggen konden bouwen tussen verwante geesten en gebroken illusies.
Nooit begrepen hoe je de dagen naar je hand kon zetten in de simpliciteit
van je handel en wandel alsof de tempeliers van verdwenen beschavingen
je op handen droegen in een bloedeed die de mensen niet konden vatten.
Jij was altijd bij me in het labyrint van mijn geest, nooit begrepen waarom
we gedwongen werden afscheid te nemen voor het gebroken altaar van de tijd.