De herinnering is nog zo levendig hoe je ogen de kristallen kandelaars
waren die elke balzaal konden verlichten en je aanwezigheid een spektakel
was zoals de lotusbloem die uiteen klapt in volle glorie en geurige bloei,
mensen hingen aan je lippen wanneer je sprak en je had die ontembare
jeugdige energie, toen alles nog zo eeuwig en voor altijd verhaal leek voor ons.
Vandaag herken ik nog een rebels vlammetje die smeult in je ogen,
je gezicht is nog steeds bijna onaantastbaar en je stem heeft nog
de gratie maar klinkt lichtjes gehavend, bijna niet zwaar gebroken.
Je draagt de jaren met respect en weet als geen ander de schijn hoog
op te houden, terwijl de wereld rondom huidrimpels probeert te
verdoezelen, is het niet dat wat mensen oud en miezerig maakt.
In een paar woorden neem je me terug mee naar een tijd waar de
illusie van de tijd nog geen macht had over ons, het verwoorden van
vroeger, is de capitulatie omdat de memories zo goed aanvoelen
ondanks alles, nu ben je nog steeds een monument, maar meer de
schaduw ervan, broos en koppig, nog steeds mooi, maar de rimpels
waar men voor bang moet hebben, zijn deze, die groeien in het hart en
uitgroeien tot littekens, het uiterlijk is niet nefast voor mensen
maar de hartrimpels die op commando onzichtbaar zijn, en je
zuurstof stelen uit je lichaam en je herinneringen, in de onrust
van de uiterlijke schoonheid ligt het genadeschot van ons leven.
Doorheen mijn retroblik zie ik je als eens mooi, altijd mooi.