Fabula

Fabula

Met gebroken woorden probeer ik je beeltenis voor mijn vermoeide

ogen te halen, een schrijver zonder muze is een priester zonder geloof,

de omzwervingen in mijn brein zijn nu gigantische labyrinten waarin

ik verdwaal in de caleidoscoop van honderden gezichten, namen

en kussen die branden op gescheurde verdroogde lippen waaruit

honderden liefkozingen vertrokken naar de harten van nimfen die nu

nog altijd rondspoken in het spinnenweb van de herinnering die hier

en daar faalt, omdat zandlopers niet kunnen worden voorbijgestoken

en de liefde een slagveld is waarop iedereen kan bloeden in de ochtendnevel

wanneer de stilte de prelude is van het laatste onafgewerkte hoofdstuk.

 

Met halve zinnen beschrijf ik het lichaam waarvan ik zo veel kon houden

In de kleverige zomernachten en de kilte die we vonden in de harten

van andere mensen, die dwars door ons heen keken, wanneer onwetendheid

een zegen is, is de hoop zo futiel en breekbaar als de illusie van de eeuwigheid.

In de kapotgeslagen spiegel herken ik enkel mezelf wanneer ik de ogen sluit

en in het magische gevoel me laat heroveren van je kussen die mijn ziel

konden aaien als een pauwveder die het zonlicht uitdaagt met een kleurenpalet

dat zijn gelijke niet kent en je woorden me de energie gaven om elke dag met

pen en papier ten strijde te trekken omdat alle verhalen verdienen te worden

bezongen ook al is het in de intimiteit van twee zielen die heel eventjes samen waren.

Omdat verhalen onze onsterfelijke kinderen zijn die overleven in de schaduwen

van onze liefde die misschien wel onzichtbaar zal worden maar nooit verdwijnen.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *