Selene

Selene

De adem van de winter overvalt me terug met de subtiele kilte die

onzichtbaar neerstrijkt op mijn schouders, in de onverschilligheid

van de dag, hunker ik instinctief naar je aanwezigheid, als honger

en dorst, slapen en opstaan, omdat mijn hart nu koud wordt geserveerd

herinner ik me nauwelijks een saus van blijheid of gelukkig zijn,

de dagen zijn een eindeloze ketting van ruggengraat rillingen,

in de schaduw van je glimlach die ik nog draag als mijn zegelring.

 

Dromend van lavendelvelden sta ik stil bij de kop koffie momenten

die we inhaleerden in de schaduw van de Eifeltoren en in de nachten

van Tokio die net als wij de slaap niet konden vatten in de gerustheid

van een synchroon ademen in de nasleep van ontdekkende dagen.

In de ruisloosheid van de stilte meen ik je hartslag op te merken

verscholen achter de monotonie van de dag en de kalmte neem

Ik dankbaar in als een placebo medicijn voor het uiterlijk behang.

 

In het dansende kaarslicht betrap ik mezelf op een kleine

glimlach net zoals ik voor de allereerste maal je zag wakker

worden, een eeuwigheid geleden, maar ergens ook gisteren.

In de beeldspraak van de stilte drink ik van je herinnering

met passionele gulzigheid, omdat je kussen onvergetelijk zijn.

Nu je woorden in het stof vallen van gisteren en vandaag,

borrelt mijn liefde voor je op als de zoetste champagne.

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *